Philippe Vukojevic 15.09.2024
‘Boedapest is de mooiste stad ter wereld’, las ik in een artikel van Laszlo Jakobetz. Judit Polgar vertrouwde me dit ook toe, toen ze de Belgische Jeugdkampioenschappen in 2022 bezocht, maar ze voegde er toen ook aan toe: ‘… maar Brugge is ook een mooie stad’.
Ik betwijfel of Boedapest de mooiste stad ter wereld is, en het feit dat het sinds mijn aankomst hier alleen maar heeft geregend, versterkt mijn gevoel alleen maar: alles ziet er grijs uit. Een kleurrijke stad heb ik nog niet gezien. In feite past die omschrijving exact bij het beeld van de Belgische ploegen in ronde vier van de Olympiades: nogal grijs, een mengeling van zwart en wit. Helemaal niet kleurrijk en al zeker niet rooskleurig…
Naar verluidt kon je Boedapest ook vroeger bezwaarlijk de mooiste stad ter wereld noemen, want in 1873, toen de districten Pest (Pesth), Boeda en Obuda op de linker- en rechteroever van de Donau werden verenigd, was de latere grote stad een matig ontwikkelde nederzetting met een heel onopvallende architectuur. Op dat moment had de stad nochtans al anderhalf decennium Turkse overheersing (1541-1686) overleefd, alsook de verzoening met de Habsburgers (1867) na de nederlaag in de Onafhankelijkheidsoorlog van 1848-1849, die leidde tot de stichting van de Oostenrijks-Hongaarse monarchie.
De ongeveer 300.000 inwoners van Boedapest ten tijde van de eenwording waren dus blootgesteld aan een kleine Turkse en een grote Duitse culturele invloed, maar die cultuurinvloeden hadden niet echt voor vonken gezorgd. Hoewel de stad een duidelijke Hongaarse meerderheid had, werd er op lokaal vlak misschien wat Duits gesproken en een deel van de bevolking ging naar Turkse baden, maar dat zal zowat de enige kruisbestuiving zijn geweest.
En op schaakvlak? In 1873, een cruciaal jaar dus in de geschiedenis van Boedapest, kende de Hongaarse hoofdstad van de monarchie een vooruitstrevende schaakscene op Europese schaal. De autoriteiten hadden weer toestemming gegeven voor sociale bijeenkomsten, waaronder schaken. En de wereldfaam die de Pest Chess Club, opgericht in 1839, behaalde met de 2:0 overwinning in de correspondentiewedstrijd tegen Parijs in 1842-1846 (tsja, postduiven waren langzamer dan ons hedendaagse e-mailverkeer) lag nog vers in het geheugen. In 1860 verscheen de eerste Hongaarse schaakrubriek in de krant Vasarnapi Ujsag, en in 1872 werd het eerste onafhankelijke Hongaarstalige schaakboek gepubliceerd door Istvan Marki in Gyula, de geboorteplaats van Ferenc Erkel (1810-1893 – zie foto), de beroemde componist en auteur van het Hongaarse volkslied. Van 1865 tot aan zijn dood was hij voorzitter van de gereorganiseerde Pest Chess Club en van 1859 tot 1862 was hij de sterkste schaker van het land. Er zijn weinig partijen gekend van de muziekdirecteur van de Hongaarse Nationale Opera, die in 1884 in neorenaissancestijl werd gebouwd. Zijn briljante aanvalsstijl had er nochtans toe bijgedragen dat hij twee uitnodigingen voor internationale toernooien ontving, maar die had hij helaas vanwege zijn beroep als musicoloog afgeslagen. Dat is jammer, want hij had zich kunnen meten met de besten ter wereld. Gelukkig, zoals we later zullen zien, gaven niet alle Hongaarse muzikale talenten de voorkeur aan muziek boven schaken.
Tot zover het eerste hoofdstuk in de schaakgeschiedenis van de Hongaarse hoofdstad.
Ondertussen waren ze dus bij de Olympiades vandaag al aan het vierde hoofdstuk toe. Voor ons land opnieuw geen beklijvend hoofdstuk. Voor sommige spelers waren de wedstrijden een beetje naar het beeld van het weer: druilerig. Hanne slaagde er bijvoorbeeld niet in om uit de negatieve spiraal te komen, hoewel een gelijkspel haar (en het team) erg blij zou hebben gemaakt. En ook Sarah gleed vandaag uit op de gladde paden die stad en tegenstander haar voorschotelden. Een beetje hetzelfde beeld bij de mannen: Daniel en Sim die voor remise moesten spelen tegen mindere goden, we hadden het anders gehoopt. En bij Thibaut, ook al in een negatieve spiraal, was de partij zonnig en klaar begonnen, maar gaandeweg leken enkele zwarte stukken zich als donkere wolken samen te pakken en in de volgende stelling werd Thibaut door de bliksem getroffen.
Wat zou je spelen om 28…Df1# te verhinderen?
Thibaut gaf op… Wat jammer! Inderdaad, je voelt dat er iets in de stelling zit. Als je het paard met schaak kunt wegspelen, hangt de zwarte dame. En OK, wit moet voor dat schaakje ook zijn dame opgeven, maar na 28.Dxg7+ ! Kxg7 29.Pf5+ Kg8 30.Txc4 is de stelling ongeveer gelijk, en dus beter dan een directe opgave.
Toch is het zeker niet overal kommer en kwel. In de eerste plaats mogen we de uitstekende eerste twee ronden niet vergeten en net zoals mijn vrouw meldde dat het in de nabije toekomst in Boedapest weer stralend weer zou kunnen worden, zo zagen we op de schaakborden nu al de eerste voortekenen. Mher behaalde zijn eerste zege en de toekomst van het Belgische schaken zorgt hier al een tijdje voor mooie opklaringen. Ik denk vooral aan Daria en Tyani, die langzamerhand de usual suspects worden als het gaat om puntenwinst. Prachtig hoe ze punt na punt binnenhalen en allebei al 3,5/4 hebben gehaald. De derde jongere (Diana) haalt een nog beter percentage (100%), maar ze heeft nog maar twee wedstrijden gespeeld.
Samengevat: België tegen Midden-Amerika werd vandaag twee keer een grijze 2-2. Morgen wachten Maleisië (in het open toernooi) en Zuid-Afrika (bij de dames).
Philippe Vukojevic 23.09.2024 3
Het laatste verslag uit Boedapest, schaakstad bij uitstek, waar in de jaren negentig ook alle ogen op gericht waren omdat…
Lees meerPhilippe Vukojevic 22.09.2024
Lajos Portisch, die we gisteren in ons verslag voorstelden, mocht vandaag de eerste zet spelen op de Olympiade en hij…
Lees meerPhilippe Vukojevic 17.09.2024
Net zoals onze Olympische teams niet naar Boedapest reisden om de stad te bezoeken, was de jonge Maroczy (ja, die…
Lees meerPhilippe Vukojevic 16.09.2024 5
Vandaag heb ik tevergeefs gezocht naar het Café Wurm in Boedapest, de bakermat van het georganiseerde schaken in Hongarije, waar…
Lees meer